In een wereld waar vooruitgang het enige lijkt dat telt, krijgt het woord ‘progressie’ automatisch een positieve connotatie. Of we onze samenleving nu vanuit een kapitalistisch uitgangspunt bekijken of vanuit een woke standpunt (niet dat die twee per se tegenover elkaar staan, ook zijn het zeker niet de enige brillen die we op kunnen zetten), de maatschappij mag het beter doen en beter betekent vooruit. Vooruitgaan is groeien, als mens, als bedrijf, ons vermogen, onze bewustwording. Hoe we ook naar de wereld kijken, progressie is meer.
Als je een progressieve ziekte hebt, betekent progressie dat het allemaal steeds minder wordt. Je functioneren, wat je nog zelfstandig kunt of überhaupt nog kunt. Jouw toekomst wordt steeds kleiner en al is het ons allemaal gegeven dat er steeds meer achter ons komt en steeds minder voor, voor iemand met een progressieve ziekte gaat dit sneller, komt het eerder en gaat het (vaak) gepaard met een kleiner wordende wereld. Progressie staat voor groei van de ziekte, niet voor vooruitgang in de positieve zin.
Dat mensen hier zich niet door laten tegenhouden, zie je in tal van voorbeelden. Mensen die helemaal arbeidsongeschikt zijn verklaard die er prachtige, bevlogen carrières op na houden. Mensen die alleen met hulp voort kunnen bewegen die zich in de politiek hard maken voor de rechten en mogelijkheden van anderen. Mensen die een paar vingers kunnen bewegen en toch actief zijn in een sport. Mensen die het onmogelijke mogelijk maken.
Winnaars zonder grenzen
Het ding is: dit type doordouwers, ambitieus en geïnspireerd zien we overal. Sommige van hen zijn gezond en bereiken grote hoogten, sommigen van hen hebben een progressieve ziekte en doen hetzelfde. Het zit in hen om het uiterste van zichzelf te vragen, de wereld voor anderen een stukje mooier te willen maken, zich in te zetten voor de groei van een samenleving. Het valt ons alleen extra op omdat ze er niet uitzien als de winnaars die we bij dit woord op ons netvlies hebben. Maar winnaars dat zijn ze en dat laten ze ons zien.
Wat ze ons bovenal laten zien is dat progressie en groei niet compleet afhangt van je omstandigheden. Dat het niet uitmaakt of je honderd jaar of nog slechts drie te leven hebt. Misschien ben je wel beperkt in wat je bereikt ten opzichte van een ander. Misschien had je groter, beter, sneller, als je niet met … te leven had. Maar dat is nu eenmaal niet zo. Dit zijn de kaarten die je gedeeld hebt gekregen. Die kaarten, in combinatie met wie jij bent en wie je om je heen hebt, creëren de groei die in jouw leven ontstaat.