Column Arash Kargar: Alleen overleven is niet genoeg!

Oorlog of discriminatie? Wat laat diepere littekens achter? Het is een vraag die mij soms wordt gesteld. Deze vraag is lastig te beantwoorden. Kiezen tussen twee kwaden is onmogelijk. Toch weet ik één ding zeker: in beide gevallen gaat het om veiligheid. En als ik aan dit woord denk, kom ik steeds terug bij dat ene beeld, een moment in de prachtige, maar verwoeste stad Kabul.

Ik sta als zesjarig kind voor ons appartement, kijkend naar de blauwe hemel. Zoekend naar witte duiven, het symbool van vrede. Als kind droomde ik ervan ooit in vrede en veiligheid te leven. Voor mij was dat een leven zonder angst. Angst voor verwoesting, voor de lawaaierige raketten die de hemel van Kabul verscheurden. Angst of ik morgen nog zou leven. En als ik de dag overleefde, vroeg ik me stilletjes af: zie ik morgen mijn ouders, zussen en broer nog? Kan ik morgen even met mijn vrienden voetballen zonder telkens te moeten schuilen voor de bombardementen? De volgende dag was altijd een verrassing: zie ik die witte duiven, hoop en vrede, of toch die vliegtuigen die voor verwoesting en ellende zorgen?

Jaren later, op mijn zestiende, vluchtte ik naar Nederland. Eindelijk kwam mijn droom uit. Ik belandde in een land waar vrede en veiligheid gegarandeerd waren. Hier voelde ik voor het eerst hoe het is om niet voortdurend op mijn hoede te zijn. Om niet meer angstig te zijn. Het was een fijn gevoel, maar helaas kortdurend. Al snel moest ik een nieuw gevecht aangaan: discriminatie. De eerste confrontatie kwam op 11 september 2001. Ik herinner me die dag nog alsof het gisteren was.

Ik sta op het veld, klaar voor de voetbaltraining. In de verte zie ik Ronald, een teamgenoot, schreeuwend, scheldend en dreigend op mij afkomen. Voordat ik iets kan doen, staat hij op een paar centimeter van mij af. Hij kijkt indringend en schreeuwt: “Klootzakken, kijk wat jullie gedaan hebben,” verwijzend naar de verschrikkelijke aanslagen op de Twin Towers. Ik schrik en verstijf. Het enige wat ik denk is: Nee! Niet weer. Niet hier. Niet nu. Niet weer die angst, die onveiligheid. De dreiging was terug. Vaak genoeg, in een andere vorm. Heel persoonlijk en voelbaar. Hier was ik niet klaar voor.

Ik realiseerde me snel dat het overleven van een oorlog niet genoeg is om je echt veilig te voelen. Nu stonden mijn afkomst, huidskleur en overtuigingen onder druk. Het voelde onrechtvaardig. Dit gevecht was anders: soms subtiel, onzichtbaar en soms hard, maar altijd pijnlijk. In Afghanistan kwamen de dreigingen met oorverdovend geweld uit de lucht, in de vorm van raketten. In Nederland waren het stilzwijgende blikken, fluisterende woorden, openlijke beschuldigingen. Gek genoeg voelde de angst vertrouwd, alleen de ‘vijand’ was nu anders.

De worsteling met discriminatie was heftig, precies zoals met de oorlog. Alleen raakte dit nu niet mijn lichaam, maar mijn identiteit. Die mocht er niet zijn. Het was voor velen onbekend en anders. Na veel vallen en opstaan leerde ik steeds beter omgaan met verschillende vormen van discriminatie: hoe deze te herkennen en vooral hoe weerbaar te worden. Want het probleem lag niet bij mij. Niet bij mijn denkbeelden of uiterlijk. Het probleem was en is veel breder. Het wordt op allerlei manieren gevoed. En uiteindelijk ligt het bij degene die discrimineert, bewust of onbewust en handelt uit angst en onwetendheid.

Discriminatie en onveiligheid raken mij nog steeds. Maar gelukkig- en helaas- weet ik nu hoe ik moet reageren. Tegenwoordig kies ik er bewust voor om mij, in welke situatie dan ook, veilig te voelen. Dat kost energie, en vergt moed en lef. Want het is niet eenvoudig om nieuwsgierig te blijven terwijl iemand je kleineert of buitensluit. Toch is juist dát de manier om een dialoog aan te gaan en te begrijpen wat er achter het gedrag schuilt. Soms vraag ik mij af: hoe anders was het geweest als ik, toen Ronald mij discrimineerde, niet verstijfde maar de moed had om te vragen:  Hoe komt het dat je zo reageert? Wat wil je hiermee bereiken? 

Soms kijk ik nog steeds omhoog, zoekend naar witte duiven. In een wereld vol oorlogen blijft mijn droom hetzelfde: vrede en veiligheid. Niet zozeer voor mezelf, maar voor alle kinderen die met angst moeten leven. Net als vrede, die we enorm koesteren is (psychologische) veiligheid niet vanzelfsprekend. Daar moeten we altijd voor blijven vechten!

Arash Kargar

Hoe inclusief was jouw vakantie?

Niet meer alleen – Blog Crystal Ziel

Elk begin is waardevol

Zomer aan zee: Toegankelijke stranden in Nederland

Toegankelijke festivals in zomer 2025

Zomerpuzzel – Maak kans op een prijs!

Dat moet gevierd worden!

Pilot Banenafspraak in detentie

Zomer, zelfontwikkeling en leiderschap

Niet het moment – waarom het soms nóg niet werkt

Nieuwe column Hanneke Poelmans: Dubbele emp-AI

Nog maar 1 week! Tijdelijk aanbod: werkboek Inclusief Leiderschap

Belangrijke dagen voor het derde kwartaal 2025

Het verlossende woord voor het Huis van Herstel…

Keti Koti – één van de nieuwe vrije dagen?

Een (te) gekke actie

Nieuwe column Hanneke Poelmans: Durf te vragen!

Terugblik kennis Webinar Risicotaxatie

Alleen tijdens Pridemaand: Werkboek Inclusief Leiderschap los verkrijgbaar!

Blog Crystal Ziel: Vakantie is niet vanzelfsprekend

Pride maand 2025

Zij/hij/hen? De reden achter het benoemen van iemands voornaamwoorden

Nieuwe column Arash Kargar