Vanaf 2011 ben ik actief binnen de armoedebestrijding. Op verschillende manieren heb ik hier de afgelopen jaren vorm aan gegeven: ik voer gesprekken op lokaal, regionaal en landelijk niveau over de aanpak van armoede en adviseer en train op dit thema. In de begintijd zamelde ik ook kleding en baby benodigdheden in om deze weg te kunnen geven. En op wijkniveau ondersteunden mijn collega vrijwilligers en ik mensen bij het vinden van de juiste route of instantie. Vanuit de stichting waar ik voorzitter was, werkten we allemaal als vrijwilliger en dat deden we met hart en ziel. Dat zag en zie ik veel binnen de armoedebestrijding: vrijwilligers(organisaties) die zich met passie inzetten voor de medemens met de kleine beurs.
Dankbaar werk
“Dankbaar werk”, werd vaak gezegd en dat ervaarde ik ook zo. Ik was dankbaar op deze wijze van betekenis te kunnen zijn. Later ontdekte ik dat deze uitspraak door velen anders werd bedoeld. De mensen, de minima, waren óns dankbaar en dat gaf zo’n goed gevoel. Een goed gevoel omdat we wisten dat wat we deden een verschil maakte. Klein verschil in interpretatie misschien, maar met een grote impact. Ikzelf had er ook een handje van.
Proefdraaien
Een gezin, bestaande uit een alleenstaande moeder met twee jonge kinderen, werd al langere tijd door de stichting ondersteund. Af en toe kregen de kinderen nieuwe kleding, speelgoed en boekjes om te oefenen met de Nederlandse taal. Ik was zelf degene die bij dat gezin over de vloer kwam. Op een gegeven moment kwam ik via een connectie in contact met een hotel op een bijzondere plek. Zij overwogen weekendjes weg beschikbaar te stellen aan gezinnen met een kleine beurs. Ze vroegen mij en mijn gezin (toen ook zelf nog minima) een weekend kennis te maken en proef te draaien. We mochten een ander gezin dat in armoede leefde meenemen. Ik koos dit gezin.
Warme ervaring
Het hotel stond in een dorp en het hele weekend was het dorp betrokken bij de meest inventieve activiteiten. We kregen lekker eten in het hotel en bij de lokale snackbar. De kinderen mochten vrij spelen op het terrein en er werd fantastisch voor ons gezorgd. Mijn man en ik met ons zoontje van vier waren nog nooit samen op vakantie geweest. Het was een warme ervaring waar we erg dankbaar voor waren. Ik zag hier zeker een basis voor een mooie samenwerking met de stichting, want dit gunde ik iedereen.
Mooi meegenomen
Onze medegasten waren iets minder te spreken over het verblijf en bij vertrek bleek dat ze veel zaken hadden meegenomen waarvan dat niet de bedoeling was. Toen zij op de laatste dag vervroegd wilden vertrekken, gaf mevrouw aan niet voldoende reisgeld te hebben ontvangen. Mijn man en ik hebben de reis toen voor haar betaald. Eenmaal terug probeerde ik contact met de vrouw op te nemen om het weekend te evalueren. Het hotel was namelijk niet echt te spreken over hoe zij de boel hadden achtergelaten en wat ze hadden meegenomen. De samenwerking ging niet door en daar was ik best ontstemd over.
Dankbaar
Ik vond het een vervelende ervaring, maar dacht wel bij mijzelf: “Dit zijn de uitzonderingen. De meeste mensen doen niet zo en zijn blij met en dankbaar voor de hulp die ze krijgen”. Nu realiseer ik mij dat dit een behoorlijk arrogante houding van mij was. Dankbaar? Waarom moest zij dankbaar zijn? Die vrouw leefde in een afhankelijkheidspositie. De betrokkenheid die ik naar haar toe voelde, was niet wederzijds. Als zij niet in een afhankelijkheidspositie had gezeten, hadden wij elkaar waarschijnlijk nooit ontmoet. Een moeder die zelf niet in staat was haar kinderen van voldoende kleding, boekjes en speelgoed te voorzien. Dat moet een verschrikkelijk gevoel geweest zijn. De hulp die zij kreeg was ook nog eens ‘in her face’. De kinderen zagen de ‘reddende engel’ steeds binnenkomen met spullen. En zelfs wanneer ze eindelijke een keer op vakantie kon, was ik erbij om haar eraan te herinneren dat ze dit niet zonder mij kon.
Voor wie geldt de norm
Mevrouw had zich niet netjes gedragen. Maar hoeveel mensen misdragen zich niet in hotels zonder dat een vreemde ze hier voor op de vingers tikt. Dat gebeurt toch alleen als je in een afhankelijkheidspositie zit dat je je precies volgens de norm moet gedragen? En misschien zelf een beetje beter.
Inclusie
Dit gaat wat mij betreft ook over inclusie. Dat onze medemens het toevallig slechter heeft dan wij, maakt hem niet minder. Dat iemand afhankelijk is van ons (of een uitkering), maakt ons niet beter. Ons zo wel te gedragen, werkt excluderend. Mensen voelen heel goed aan dat ze er niet bij horen. Maar laten we niet vergeten dat het ons allemaal kan overkomen: armoede, schulden, ziek worden of een ongeluk krijgen, een scheiding, een ontslag… Er zijn zoveel onvoorziene omstandigheden waardoor mensen buiten de samenleving of de arbeidsmarkt komen te staan. Dat is jammer! We moeten er niet aan denken, maar als het óns overkomt, willen we ook graag onderdeel van de samenleving blijven. Willen we ook gezien worden voor wie we zijn in plaats van voor de omstandigheden waar we in verkeren. Door elkaar te blijven zien, écht zien, dragen we samen bij aan een inclusieve samenleving.
Gelijkwaardigheid
Wat had ik anders kunnen doen in de beschreven situatie? Ik had meer kunnen werken vanuit gelijkwaardigheid. Het weekendje was voor mij immers net zo’n kans als dat het voor die mevrouw was. Ik leefde ook in armoede en had dus beter kunnen weten. Ik had haar mogen zien als mens, als vrouw, als moeder in plaats van als ‘deelnemer’.
Ga ik je zien?!
Naast voor armoede zet ik mij ook al jaren in voor het thema inclusie. Mijn collega’s en ik maken ons, vanuit ICQ-Talent Profs, elke dag hard voor de inclusieve arbeidsmarkt. Ook hier gaat het om het zien van mensen. Want zonder mensen te zien, wordt het wel heel moeilijk om kansen te creëren en te grijpen. Vanuit ICQ-Talent Profs spreken wij van ongekende talenten. Regelmatig vraag ik werkgevers hun ogen voor deze talenten te openen. Dat doe ik zonder opgeheven vingertje, ik heb mijn lesje wel geleerd. De uitnodiging om de mens te zien geldt net zo goed voor mij. Dat is ook het mooie: sámen geven we vorm aan de inclusieve arbeidsmarkt. Vanuit gelijkwaardigheid. En dat inzicht en die ervaring…daar ben ik heel dankbaar voor.